1. Polytetrafluorethyleenmembraan is gemaakt van PTFE, dat volledig natuurlijk hydrofoob is. Zelfs bij een zeer laag drukverschil kan het de ongehinderde doorgang van vochtige lucht of andere gassen garanderen, terwijl de waterige oplossing er niet doorheen kan. De prestaties zijn precies tegengesteld aan die van een hydrofiel membraan. PTFE-filtermembraan heeft een sterke chemische compatibiliteit en is geschikt voor de filtratie van bijna alle organische oplosmiddelen en sterk corrosieve chemicaliën. Wanneer de waterige oplossing moet worden gefilterd door een PTFE-filtermembraan, kan de waterige oplossing alleen worden gefilterd na pre-infiltratie met ethanol of isopropanol.
2. Glasvezelvoorfiltratiemembraan (GF): gebruikt om de filtratiesnelheid en continue filtratie te verbeteren; Glasvezelfiltermembraan behoort tot de diepe filtratie, die voornamelijk wordt gebruikt als voorfiltratielaag en direct aan het filtermembraan wordt toegevoegd.
3. Nylon filtermembraan (polyamide, nylon): gebruikt voor het filteren van alkalische oplossingen en organische oplosmiddelen;
Nylon membraan heeft een zeer goede mechanische sterkte en sterke adsorptie. Het is bestand tegen de meeste organische oplosmiddelen en de meeste alkalische oplossingen. Het is vooral geschikt voor de filtratie van alkalische oplossingen. Voor filtratie van organische oplosmiddelen, zoals HPLC-deeltjesfiltratie in de mobiele fase, is nylonmembraan economischer en praktischer dan PTFE-membraan. Daarnaast kan nylonmembraan ook als transfermembraan worden gebruikt. Vanwege de relatief hoge adsorptieprestaties van nylonmembraan wordt het over het algemeen niet aanbevolen om te worden gebruikt voor de filtratie van kweekmedium of biologische monsters zoals eiwitoplossingen, om verlies van monsters als gevolg van adsorptie te voorkomen. In dit geval wordt meestal een celluloseacetaatmembraan (CA) met lage adsorptie gebruikt, wat geschikter is.
